‘Bitcoin geen intrinsieke waarde’
Allereerst een overzicht van opiniemakers die Bitcoin afdoen als een zeepbel omdat het geen intrinsieke waarde heeft. We vinden aan deze zijde voornamelijk politici en bankiers. Zo is er voormalig voorzitter van de Amerikaanse Centrale Bank, de Fed, Alan Greenspan, die zegt dat Bitcoin geen geld maar een zeepbel is. Greenspan zegt dat Bitcoin intrinsieke waarde mist. In dezelfde categorie vinden we Nout Wellink, voormalige voorzitter van De Nederlansche Bank en hoofdverantwoordelijke voor de kredietcrisis in Nederland. Wellink meent dat Bitcoin nog erger is dan de tulpenmanie in Nederland van 1636-1637. Zowel Greenspan als Wellink hebben zoveel politiek, maatschappelijk en financieel kapitaal geïnvesteerd in het centrale bankensysteem dat het wel heel veel heldhaftigheid en integriteit zou vereisen om Bitcoin te omarmen. Wellicht is dat teveel gevraagd. Helaas hebben ze echter nog steeds veel invloed, zowel qua sturen van opinie als werkelijke macht. Wellink boert tegenwoordig immers bij als bestuurder bij de Bank of China, 1 van de 4 grote Chineze banken in staatseigendom. Voorts hebben we politici als Jeroen Dijsselbloem, de Nederlandse Minister van Financiën, die zegt dat Bitcoin weliswaar “hip en leuk” is, maar waarschuwt dat Bitcoin morgen “niets meer waard kan zijn”. En er geen garantie is dat haar waarde wordt behouden. Die garantie is er bij de euro ook niet uiteraard. Sterker nog, centrale banken zorgen door hun inflatiebeleid dat overheidsgeld ieder jaar minder waard wordt. Om nog maar te zwijgen over de afschuwelijke situatie in Cyprus waarbij onschuldige Cyprioten werden beroofd van hun euros door hetzelfde systeem dat Dijsselbloem vertegenwoordigt.
Ook zijn er talloze columnisten in Nederland die, niet gehinderd door diepe kennis van Bitcoin, oppervlakkige meningen ventileren. Gisteren bijvoorbeeld stelde Hendrik Oude Nijhuis op Z24 net als Wellink dat Bitcoin minder intrinsieke waarde heeft dan de tulpenbol. Gelukkig worden dit soort schrijvers op keurige wijze van repliek gediend in de comments.
Centrale bankiers vinden overigens verrassende vrienden in het anti-bitcoin kamp. Er zijn nog steeds, al hoewel met de dag minder, goudfans die Bitcoin niet interessant vinden omdat het geen intrinsieke waarde zou hebben. Goudhandelaar en econoom Peter Schiff is hiervan het bekendste voorbeeld. In deze video tussen hem en econoom en bitcoinfan Eric Voorhees, gepubliceerd op 2 december, wordt duidelijk hoe verdeeld de twee kampen zijn. Schiff zit natuurlijk diep in het goud, dus ook hij zal worstelen met objectiviteit. Bijna alle argumenten die hij aanhaalt voor Bitcoin gelden ook voor goud. Goud is met name zo duur tegenwoordig omdat mensen er ook op speculeren dat het zal terugkeren als echt geld. De non-monetaire waarde van goud wordt door Jon Matonis op 10% geschat van de huidige waarde. En ook goud is volatiel en heeft in 1 jaar al 26% aan waarde verloren.
Carl Menger en subjectieve waarde
De econoom Carl Menger (1840-1921) speelde een belangrijke rol bij het ontwikkelen van de subjectieve waardeleer en de theorie van het marginale nut in zijn boek Grundsätze der Volkswirtschaftslehre. Deze begrippen worden perfect uitgelegd en omschreven in dit artikel van Konrad Graf. Feitelijk komt het erop neer dat waarde afhangt van de persoon en van het moment. Indien je op sterven ligt van de dorst in de woestijn, is een fles water je doorgaans meer waard dan een diamant of een Bitcoin. Dit in tegenstelling tot de leer dat waarde objectief is en afhangt van de eigenschappen van een object. Veel bitcoiners, zoals Graf, hangen Menger’s theorie aan.
De waarde van Bitcoin
Aangezien mensen bereid zijn een prijs voor x Bitcoin te betalen, kennen zij meer waarde toe aan die x Bitcoin dan aan hetgeen ze ervoor inruilen (energie, euros, goederen, wat dan ook). Anders zou er geen transactie zijn. Voor zij die Bitcoin kopen en aanhouden is er dus subjectieve waarde. De vraag is of bitcoiners enkel waarde toekennen aan Bitcoin omdat ze speculeren dat ze later (alles) kunnen verkopen tegen overheidsgeld voor een hogere prijs (greater fool theory), kortom een tulpenmanie, of omdat ze de mooie eigenschappen van Bitcoin zien en anticiperen op grootschalige adoptatie en werkelijk gebruik ervan. Bitcoin stelt mensen immers in staat om goedkoop, snel, internationaal en anoniem (indien gewenst) waarde over te dragen en contracten af te sluiten. Ik denk dat men er zowel voor speculatieve als fundamentele redenenen instapt. Opiniemakers die enkel het speculatieve zien, zijn of intellectueel lui (veel columnisten) of blind geraakt, danwel bang dat hun carriere zal instorten (bankiers, politici).
Zoals Voorhees in de eerdere video aanhaalde, is Bitcoin verder het eerste en sterkste netwerk, vergeleken bijvoorbeeld met aangepaste klonen als Litecoin, en daardoor het grootst en veiligst. Het laatste is erg belangrijk omdat een netwerk om succesvol te worden het moet hebben van netwerkeffecten. Hoe groter het netwerk, hoe meer het waard is. Voor alt coins zal veel van de waarde dus eerder speculatief zijn. Hoe dan ook, ik juich competitie tussen verschillende geldsoorten toe.
En ja, Bitcoin is volatiel, beweeglijk. Van het weekend nog verloor Bitcoin bijna 50% van haar marktwaarde, om daarna snel weer te herstellen. Veel bitcoiners verwachten dat de volatiliteit zal afnemen indien het aantal gebruikers en de liquiditeit blijven toenemen. Dit denk ik ook. De volatiliteit komt nu voornamelijk doordat mensen constant individueel en subjectief voor zichzelf afwegen of Bitcoin inderdaad zo groot gaat worden als sommigen verwachten. Berichten die deze verwachting temperen, bijvoorbeeld over China die Bitcoin in de ban zou doen, leiden vervolgens tot schokgolven in de koers. Massapsychologie aan het werk. Hoe groter Bitcoin wordt als gevolg van meer winkels en landen die het accepteren, hoe hoger de bodem onder de prijs komt te liggen, omdat daarmee een deel van de eerdere speculatie is gerealiseerd. Uiteindelijk zou het goed mogelijk kunnen zijn dat binnen een aantal jaren Bitcoin een volwassen, geaccepteerde valuta is die naast de prominente overheidsvaluta bestaat en een belangrijk deel van de wereldwijde handel vertegenwoordigt. Dit zou tot een stabiele en fundamenteel hogere prijs moeten leiden gezien het volume van de wereldwijde handel en het beperkte aantal beschikbare Bitcoins.
Heeft Bitcoin intrinsieke waarde? Volgens de Van Dale betekent intrinsiek wezenlijk. Het netwek dat Bitcoin ondersteunt heeft wezenlijke waarde. Voorhees schat dat er voor miljarden euros is geïnvesteerd in miningapparatuur, programmas, applicaties en veel meer. Dit alles heeft gesorteerd in het krachtigste, gedecentraliseerde computernetwerk ter wereld dat ons in staat stelt het oneerlijke, dure en trage oude financiële systeem te omzeilen. Het feit dat Bitcoin niet gedekt is door een metaal als goud is overigens een goede eigenschap. Dekking heeft een dekkende partij nodig. Die partij moet het goud aanhouden en is vatbaar voor confiscatie of moordende regulering. Dit hebben we gezien bij e-gold en mijn oude werkgever GoldMoney.
Laten we verder ook niet vergeten dat virtuele goederen, dus zelfs als er helemaal geen intrinsieke waarde zou zijn als bijvoorbeeld een miningnetwerk, wel degelijk waarde kunnen hebben. Van muziek tot liefde tot vriendschap, we kennen alles in het leven een waarde toe.
Uiteindelijk is de waarde die Bitcoin op de markt heeft een gevolg van de dans tussen alle subjectieve meningen ten aanzien van Bitcoin, hetgeen zich in een prijs uit iedere keer dat er ergens een transactie plaatsvindt. Hoe hoger de prijs en hoe hoger de nieuwe prijsplateaus die we bereiken na iedere correctie (gekke eigenschap van een zeepbel trouwens, één die maar kan blijven klappen…), hoe meer mensen wereldwijd vertrouwen hebben in Bitcoin, wat op haar beurt weer leidt tot meer adoptatie van winkels en landen. Deze virtuele cyclus afdoen als puur speculatie, een zeepbel of tulpenmanie is oppervlakkig en onverstandig.